66207

Onder monumentnummer 526940 zijn de overige adressen ingevoerd, die om technische redenen niet onder dit monumentnummer in de Objecten Data Bank van de RDMZ kunnen worden ingevoerd. Deze omschrijving heeft dus ook betrekking op monumentnummer 526940.OmschrijvingDe voormalige dubbele CHIRURGISCHE KLINIEK (2) van het complex Wilhelmina Gasthuis is gebouwd in 1932-1933 naar een ontwerp E.P. Messer van de Dienst Publieke Werken in een zakelijk expressionistische trant. Het symmetrische gebouw kent een tweedeling in de opzet: de beide klinieken dienden in oorsprong waarschijnlijk de scheiding naar geslacht. In later tijd diende het rechterdeel de algemene chirurgie en waren beide helften gemengd. Het omvangrijke gebouw is geprojecteerd aan het huidige Wilhelmina Gasthuisplein, met de achtergevel tegen de kademuur van de Jacob van Lennepkanaal en de zijgevel aan de Tweede Constantijn Huygensstraat op een langgerekte samengestelde plattegrond met in hoogte variërende, bakstenen volumes onder pannen schilddaken. De kliniek bestaat uit een vijf bouwlagen, mezzanino en kapverdieping bevattend centraal hoofdgebouw, met te weerszijden op de eerste, tweede en derde verdieping haakvormige balkons, verbonden met vooruitspringende zijvleugels van vier bouwlagen. Ook aan de uiterste zijden van deze zijvleugels bevinden zich balkons op de verdiepingen; deze behoren tot een later toegevoegd bouwvolume in de oksel van zijvleugel en de achterliggende vier bouwlagen hoge doorloper van het hoofdgebouw. De zijgevels van deze doorloper zijn twee vensterassen breed. Ook op de begane grond van dit toegevoegde bouwvolume bevindt zich een met gemetselde borstwering afgesloten kleine gaanderij. De hoge vensters hebben een stalen geleding. De middenvleugel heeft een 8 traveeën breed middenrisaliet, gemetselde profiellijsten rondom de met staande strekken gemetselde velden tussen de vensters. Entrees met granieten omlijstingen en reliëfs. Het bouwbeeldhouwwerk dateert van 1929 en is van de hand van de beeldhouwer Hildo Krop. De figuratieve gevelstenen zijn 89 cm. hoog en stellen een chirurg, een pijl met de punt in een roos, een boogschutter en nog een chirurg voor. Het middendeel van het hoofdgebouw heeft een met pannen gedekt schilddak, bekroond door een dakruiter met wijzerplaat. De zijvleugels zijn identiek vormgegeven, bestaande uit een begane grond, drie verdiepingen en een identiek schilddak. De houten schuifvensters hebben een eigentijdse roedenverdeling met dubbele stijl en 2x6 bovenlichten. Eveneens komt de combinatie van draai- en tuimelramen voor. Inwendig bestaat nog een beperkt aantal oorspronkelijke onderdelen. Het rechter trappenhuis heeft nog de fraaie smeedijzeren trapbalustrade in de vorm van een traliewerk met metalen (legering) leuning. Een aantal deuren heeft nog de doordraaiende scharnieren, waarmee de deuren naar weerskanten kunnen opengaan en vanzelf weer sluiten. De beide trappenhuizen hadden op de hallen per verdieping een wandschildering. Een tweetal schilderingen is nog oorspronkelijk. In de hal van de begane grond (rechterzijde) bevindt zich een schildering van W. Molin uit 1937, voorstellende Pasteur en Lister. Op de tweede verdieping (linkerzijde) bevindt zich een wandschildering van Bouhuijs, voorstellende een verpleegster met dankbare patiënten. De verpleegster heeft het wapen van Amsterdam als embleem op haar tenue. Enkele vensters van de gangen naar de trappenhuizen hebben nog de stalen roedenverdeling. Aan de achterzijde van het gebouw hebben de haaks tegen het hoge middendeel van het hoofdgebouw geplaatste vleugels kapellen met hijsbalken en een vijftal metalen afhoudbogen. De achterzijde van de beide chirurgische klinieken bestaat uit een samenstel van haaks op de voorgebouwen geplaatste vleugels en een lagere vleugel van twee bouwlagen boven een onderkeldering. Deze laatste loopt evenwijdig aan het Jacob van Lennepkanaal. Ook aan de achterzijde zijn de gevels zorgvuldig vormgegeven. Temidden van vensterrijen wordt de gevel van de langgerekte lagere bebouwing aan het Jacob van Lennepkanaal gekenmerkt door een viertal zeer hoge vensters in ondiep uitgebouwde erkers. Deze vensters hebben een doorgang in de bovenliggende kapellen en dienden de lichttoetreding van de operatiekamers. De korte zijgevels hebben ingangen onder een vensterpartij met twaalf geschakelde ramen met elk een vierruits roedenverdeling. Ook de twee haakse vleugels van drie bouwlagen tegen de achterzijde van het hoge middendeel van het hoofdgebouw hebben grote vensterpartijen, eveneens in verband met lichttoetreding van de operatiekamers. De kappen van de langgerekte vleugel aan het Jacob van Lennepkanaal en die van de hoge haakse vleugels worden onderbroken door grote en brede liggende daklichten. WaarderingDe voormalige chirurgische kliniek uit 1932-1933 is van algemeen belang wegens de cultuur- en architectuurhistorische waarde en als kenmerkend voorbeeld van zakelijk-expressionistische ziekenhuisbouw en als historisch functioneel onderdeel van het voormalige Wilhelmina Gasthuis.

66207

Onder monumentnummer 526940 zijn de overige adressen ingevoerd, die om technische redenen niet onder dit monumentnummer in de Objecten Data Bank van de RDMZ kunnen worden ingevoerd. Deze omschrijving heeft dus ook betrekking op monumentnummer 526940.OmschrijvingDe voormalige dubbele CHIRURGISCHE KLINIEK (2) van het complex Wilhelmina Gasthuis is gebouwd in 1932-1933 naar een ontwerp E.P. Messer van de Dienst Publieke Werken in een zakelijk expressionistische trant. Het symmetrische gebouw kent een tweedeling in de opzet: de beide klinieken dienden in oorsprong waarschijnlijk de scheiding naar geslacht. In later tijd diende het rechterdeel de algemene chirurgie en waren beide helften gemengd. Het omvangrijke gebouw is geprojecteerd aan het huidige Wilhelmina Gasthuisplein, met de achtergevel tegen de kademuur van de Jacob van Lennepkanaal en de zijgevel aan de Tweede Constantijn Huygensstraat op een langgerekte samengestelde plattegrond met in hoogte variërende, bakstenen volumes onder pannen schilddaken. De kliniek bestaat uit een vijf bouwlagen, mezzanino en kapverdieping bevattend centraal hoofdgebouw, met te weerszijden op de eerste, tweede en derde verdieping haakvormige balkons, verbonden met vooruitspringende zijvleugels van vier bouwlagen. Ook aan de uiterste zijden van deze zijvleugels bevinden zich balkons op de verdiepingen; deze behoren tot een later toegevoegd bouwvolume in de oksel van zijvleugel en de achterliggende vier bouwlagen hoge doorloper van het hoofdgebouw. De zijgevels van deze doorloper zijn twee vensterassen breed. Ook op de begane grond van dit toegevoegde bouwvolume bevindt zich een met gemetselde borstwering afgesloten kleine gaanderij. De hoge vensters hebben een stalen geleding. De middenvleugel heeft een 8 traveeën breed middenrisaliet, gemetselde profiellijsten rondom de met staande strekken gemetselde velden tussen de vensters. Entrees met granieten omlijstingen en reliëfs. Het bouwbeeldhouwwerk dateert van 1929 en is van de hand van de beeldhouwer Hildo Krop. De figuratieve gevelstenen zijn 89 cm. hoog en stellen een chirurg, een pijl met de punt in een roos, een boogschutter en nog een chirurg voor. Het middendeel van het hoofdgebouw heeft een met pannen gedekt schilddak, bekroond door een dakruiter met wijzerplaat. De zijvleugels zijn identiek vormgegeven, bestaande uit een begane grond, drie verdiepingen en een identiek schilddak. De houten schuifvensters hebben een eigentijdse roedenverdeling met dubbele stijl en 2x6 bovenlichten. Eveneens komt de combinatie van draai- en tuimelramen voor. Inwendig bestaat nog een beperkt aantal oorspronkelijke onderdelen. Het rechter trappenhuis heeft nog de fraaie smeedijzeren trapbalustrade in de vorm van een traliewerk met metalen (legering) leuning. Een aantal deuren heeft nog de doordraaiende scharnieren, waarmee de deuren naar weerskanten kunnen opengaan en vanzelf weer sluiten. De beide trappenhuizen hadden op de hallen per verdieping een wandschildering. Een tweetal schilderingen is nog oorspronkelijk. In de hal van de begane grond (rechterzijde) bevindt zich een schildering van W. Molin uit 1937, voorstellende Pasteur en Lister. Op de tweede verdieping (linkerzijde) bevindt zich een wandschildering van Bouhuijs, voorstellende een verpleegster met dankbare patiënten. De verpleegster heeft het wapen van Amsterdam als embleem op haar tenue. Enkele vensters van de gangen naar de trappenhuizen hebben nog de stalen roedenverdeling. Aan de achterzijde van het gebouw hebben de haaks tegen het hoge middendeel van het hoofdgebouw geplaatste vleugels kapellen met hijsbalken en een vijftal metalen afhoudbogen. De achterzijde van de beide chirurgische klinieken bestaat uit een samenstel van haaks op de voorgebouwen geplaatste vleugels en een lagere vleugel van twee bouwlagen boven een onderkeldering. Deze laatste loopt evenwijdig aan het Jacob van Lennepkanaal. Ook aan de achterzijde zijn de gevels zorgvuldig vormgegeven. Temidden van vensterrijen wordt de gevel van de langgerekte lagere bebouwing aan het Jacob van Lennepkanaal gekenmerkt door een viertal zeer hoge vensters in ondiep uitgebouwde erkers. Deze vensters hebben een doorgang in de bovenliggende kapellen en dienden de lichttoetreding van de operatiekamers. De korte zijgevels hebben ingangen onder een vensterpartij met twaalf geschakelde ramen met elk een vierruits roedenverdeling. Ook de twee haakse vleugels van drie bouwlagen tegen de achterzijde van het hoge middendeel van het hoofdgebouw hebben grote vensterpartijen, eveneens in verband met lichttoetreding van de operatiekamers. De kappen van de langgerekte vleugel aan het Jacob van Lennepkanaal en die van de hoge haakse vleugels worden onderbroken door grote en brede liggende daklichten. WaarderingDe voormalige chirurgische kliniek uit 1932-1933 is van algemeen belang wegens de cultuur- en architectuurhistorische waarde en als kenmerkend voorbeeld van zakelijk-expressionistische ziekenhuisbouw en als historisch functioneel onderdeel van het voormalige Wilhelmina Gasthuis.