79053

Omschrijving onderdeel C Van een zaadkelder voorziene, zwartgeschilderde houten KEGELSCHUUR uit 1926 op rechthoekig grondplan. De schuur heeft een pseudobasilikale opbouw en bestaat uit twee zijbeuken met flauwe lessenaarsdaken en een hoger opgetrokken middenbeuk met een zeer flauw hellend zadeldak. De schuur is iets groter dan de andere tot het complex behorende kegelschuur. De dakbedekking bestaat thans uit golfplaten en de afwatering vindt plaats via hanggoten. De gevels zijn voorzien van een beschieting met horizontaal gepotdekselde delen, die aan de beide zijgevels beweegbaar zijn en ten behoeve van de luchtcirculatie kunnen worden opengezet. De VOORGEVEL en de ACHTERGEVEL zijn volledig symmetrisch opgezet en bezitten in de middenbeuk grote, dubbele opgeklampte (diagonale planken) deuren. In de RECHTER ZIJGEVEL bevindt zich een opgeklampte toegangsdeur met bovenlicht. Het INTERIEUR van de schuur bezit aan weerszijden een zestal 'droogkasten' bestaande uit een houten raamwerk met een aantal verlegbare schuinliggende roosters boven elkaar, waarop de dennenkegels bewaard worden. De vloer van de schuur is bestraat met klinkers.WaarderingKEGELSCHUUR (complexonderdeel C) uit 1926.-Van architectuurhistorische waarde als gaaf en goed voorbeeld van een opslagschuur voor dennenkegels, die opvalt door het toegepaste basilikale schema en de beweegbare zijwanden ten behoeve van de luchtcirculatie tijdens de opslag.-Van stedenbouwkundige waarde als functioneel onderdeel van de Rijkszaadeest, de schuur bezit ensemblewaarden met de andere complexonderdelen en is in samenhang hiermee beeldbepalend aan de Wolweg.-Van cultuurhistorische waarde als onderdeel van de rijkszaadeest die een grote rol speelt in de geschiedenis van de Nederlandse bosbouw.

79053

Omschrijving onderdeel C Van een zaadkelder voorziene, zwartgeschilderde houten KEGELSCHUUR uit 1926 op rechthoekig grondplan. De schuur heeft een pseudobasilikale opbouw en bestaat uit twee zijbeuken met flauwe lessenaarsdaken en een hoger opgetrokken middenbeuk met een zeer flauw hellend zadeldak. De schuur is iets groter dan de andere tot het complex behorende kegelschuur. De dakbedekking bestaat thans uit golfplaten en de afwatering vindt plaats via hanggoten. De gevels zijn voorzien van een beschieting met horizontaal gepotdekselde delen, die aan de beide zijgevels beweegbaar zijn en ten behoeve van de luchtcirculatie kunnen worden opengezet. De VOORGEVEL en de ACHTERGEVEL zijn volledig symmetrisch opgezet en bezitten in de middenbeuk grote, dubbele opgeklampte (diagonale planken) deuren. In de RECHTER ZIJGEVEL bevindt zich een opgeklampte toegangsdeur met bovenlicht. Het INTERIEUR van de schuur bezit aan weerszijden een zestal 'droogkasten' bestaande uit een houten raamwerk met een aantal verlegbare schuinliggende roosters boven elkaar, waarop de dennenkegels bewaard worden. De vloer van de schuur is bestraat met klinkers.WaarderingKEGELSCHUUR (complexonderdeel C) uit 1926.-Van architectuurhistorische waarde als gaaf en goed voorbeeld van een opslagschuur voor dennenkegels, die opvalt door het toegepaste basilikale schema en de beweegbare zijwanden ten behoeve van de luchtcirculatie tijdens de opslag.-Van stedenbouwkundige waarde als functioneel onderdeel van de Rijkszaadeest, de schuur bezit ensemblewaarden met de andere complexonderdelen en is in samenhang hiermee beeldbepalend aan de Wolweg.-Van cultuurhistorische waarde als onderdeel van de rijkszaadeest die een grote rol speelt in de geschiedenis van de Nederlandse bosbouw.