0918e796-6d90-45e2-ba0b-39187efbe853

<b>Historische context: Industriële Revolutie</b> De periode van 1890 tot 1950 er één van wereldoorlogen en crisis, maar in Nederland ook een periode dat de Industriële Revolutie doorzet en het goederenvervoer een snelle ontwikkeling doormaakt, waarbij groot deel van het binnenlandse vrachtvervoer over water plaatsvindt. Het is tevens een periode waarin de Nederlandse binnenvaart een overgangsfase doormaakt en verandert van een pre-industrieel vervoerssysteem naar een systeem dat meer past bij de moderne samenleving. <b>Zeilvaart</b> Interessant is daarbij, dat die revolutie in eerste instantie in een groot deel van de binnenvaart, maar ook in de visserij, leidde tot een snelle groei van een in wezen pre-industrieel systeem van voortstuwing: de zeilvaart. In die zin is er enige verwantschap met andere modaliteiten, zoals het rail- en wegvervoer, waar de industriële revolutie op lokaal en regionaal niveau eerst vooral leidde tot een toename van de paardentractie. <b>Het type: de ijzeren kraak</b> De 'kraak' wordt tot de steilstevens gerekend; de gebroken neus is mogelijk ontstaan omdat het type oorspronkelijke ontworpen was als lichter en op deze wijze zover mogelijk onder het zeeschip kon komen. De eerste ijzeren kraken werden waarschijnlijk vanaf 1870 gebouwd langs de Hollandsche IJssel, met name in Krimpen. <b>Nieuw bouwmateriaal</b> IJzer was toen een nieuw en zeer modern bouwmateriaal voor schepen, de kraak was inmiddels één van de vele typen binnenvaartschepen. De bouw van kraken verspreidde zich langzamerhand over de hele provincie Zuid-Holland. De kraak bleef wel een schip voor de regionale vaart, het type was geschikt voor de vaart op smalle, ondiepe binnenwateren (oude veenstroompjes), maar ook voor kanalen, meren en rivieren. <b>Het object: De paviljoenkraak 'Lena'</b> De 'Lena' is met bouwjaar 1878 één van de oudst bewaard gebleven binnenvaartschepen van ons land. Van de eerste vijftig jaar van de Lena weten we dat het schip veelvuldig van eigenaar verwisseld is, verder is er weinig over bekend. <b>Vaargebied</b> In 1928 kocht Folkers Rijfers het schip liggend in de Leuvehaven. Hij trok met vrouw en kinderen in het kleine woninkje onder het achterdek, niet lang daarna heeft hij het tuig laten verkleinen omdat het schip zo rank was. De lading was gevarieerd en het vaargebied besloeg behalve Zuid-Holland ook delen van Noord-Holland en Utrecht. In het najaar werd meegedaan aan de bietencampagne. Vanaf 1952 heeft de Lena zonder tuigage uitsluitend als woning voor Rijfers en zijn vrouw gediend. <b>Het object als als erfgoed</b> In 1983 is het schip aangekocht door het Maritiem Museum Prins Hendrik, voorloper van Het Havenmuseum. In 1986 is begonnen met de restauratie van het schip, daarna zijn respectievelijk andere delen van het schip aangepakt. Het referentiejaar voor de restauratie is 1928.

0918e796-6d90-45e2-ba0b-39187efbe853

<b>Historische context: Industriële Revolutie</b> De periode van 1890 tot 1950 er één van wereldoorlogen en crisis, maar in Nederland ook een periode dat de Industriële Revolutie doorzet en het goederenvervoer een snelle ontwikkeling doormaakt, waarbij groot deel van het binnenlandse vrachtvervoer over water plaatsvindt. Het is tevens een periode waarin de Nederlandse binnenvaart een overgangsfase doormaakt en verandert van een pre-industrieel vervoerssysteem naar een systeem dat meer past bij de moderne samenleving. <b>Zeilvaart</b> Interessant is daarbij, dat die revolutie in eerste instantie in een groot deel van de binnenvaart, maar ook in de visserij, leidde tot een snelle groei van een in wezen pre-industrieel systeem van voortstuwing: de zeilvaart. In die zin is er enige verwantschap met andere modaliteiten, zoals het rail- en wegvervoer, waar de industriële revolutie op lokaal en regionaal niveau eerst vooral leidde tot een toename van de paardentractie. <b>Het type: de ijzeren kraak</b> De 'kraak' wordt tot de steilstevens gerekend; de gebroken neus is mogelijk ontstaan omdat het type oorspronkelijke ontworpen was als lichter en op deze wijze zover mogelijk onder het zeeschip kon komen. De eerste ijzeren kraken werden waarschijnlijk vanaf 1870 gebouwd langs de Hollandsche IJssel, met name in Krimpen. <b>Nieuw bouwmateriaal</b> IJzer was toen een nieuw en zeer modern bouwmateriaal voor schepen, de kraak was inmiddels één van de vele typen binnenvaartschepen. De bouw van kraken verspreidde zich langzamerhand over de hele provincie Zuid-Holland. De kraak bleef wel een schip voor de regionale vaart, het type was geschikt voor de vaart op smalle, ondiepe binnenwateren (oude veenstroompjes), maar ook voor kanalen, meren en rivieren. <b>Het object: De paviljoenkraak 'Lena'</b> De 'Lena' is met bouwjaar 1878 één van de oudst bewaard gebleven binnenvaartschepen van ons land. Van de eerste vijftig jaar van de Lena weten we dat het schip veelvuldig van eigenaar verwisseld is, verder is er weinig over bekend. <b>Vaargebied</b> In 1928 kocht Folkers Rijfers het schip liggend in de Leuvehaven. Hij trok met vrouw en kinderen in het kleine woninkje onder het achterdek, niet lang daarna heeft hij het tuig laten verkleinen omdat het schip zo rank was. De lading was gevarieerd en het vaargebied besloeg behalve Zuid-Holland ook delen van Noord-Holland en Utrecht. In het najaar werd meegedaan aan de bietencampagne. Vanaf 1952 heeft de Lena zonder tuigage uitsluitend als woning voor Rijfers en zijn vrouw gediend. <b>Het object als als erfgoed</b> In 1983 is het schip aangekocht door het Maritiem Museum Prins Hendrik, voorloper van Het Havenmuseum. In 1986 is begonnen met de restauratie van het schip, daarna zijn respectievelijk andere delen van het schip aangepakt. Het referentiejaar voor de restauratie is 1928.